Module -Storytelling
SAMENVATTING
- Het grootste verschil tussen het voorlezen van een verhaal en het vertellen van een verhaal is dat de verteller vrij is - niet gebonden aan een boek dat de woorden dicteert en in de handen moet worden gehouden.
- De verteller kent het verhaal als een innerlijk beeld en vertelt het in zijn/haar eigen woorden aan het publiek.
- Hou de 4 pijlers van storytelling in gedachten: hou van je verhaal, geloof in je verhaal, ken je verhaal, maak het je eigen!
- Stel het skelet van je verhaal op en vul het met leven.
- Leer je eerste en laatste zin uit je hoofd.
- Stel je geluiden, smaken, geuren, kleuren ... van je verhaal voor. Alleen als je het verhaal zelf levendig voor je ziet, kun je het je publiek laten zien.
- Gebruik je presentatiemiddelen: stem, gezichtsuitdrukkingen, lichaamstaal, focus, ritme en timing
- Maar vergeet niet: storytelling is geen drama! Het verhaal staat in het middelpunt.
- Het is normaal om nerveus te zijn.
 |
 |
 |