Module -Storytelling
Lerenden betrekken
Het betrekken van de lerenden bij het vertellen van een verhaal kan op expliciete of impliciete manieren gebeuren.
Impliciete betrokkenheid gebeurt in de eerste plaats door middel van levendige, beschrijvende, meeslepende vertellingen: door het verhaal te beleven, zich ermee te identificeren, mee te leven met de personages, na te denken over de problemen of uitdagingen, beslissingen af te wegen, maken de luisteraars deel uit van het verhaal.
Dit kan verder worden ondersteund door de verteller:
- door specifieke vragen te stellen die aanzetten tot nadenken
- door korte pauzes in te lassen op cruciale/kritische punten in het verhaal
- door vragende blikken
- ...
Expliciete betrokkenheid van lerenden tijdens het vertellen van verhalen ondersteunt vooral hun actieve betrokkenheid bij de toe-eigening van het verhaal. Maar, dit moet worden voorbereid en doordacht als onderdeel van het vertelproces, om
- recht te doen aan het verhaal en het niet te breken.
- bij het doel te passen waarvoor het verhaal wordt gebruikt
- Werk met oproep en antwoord (herhaal zinnen of geluiden op regelmatige tijdstippen doorheen het verhaal) - zeer nuttig, bijvoorbeeld in vreemde taallessen of om later een "motto"/"wijsheid" op te pikken.
- Onderbreek het verhaal op relevante of opvallende momenten en vraag de lerenden, bv. wie kent gelijkaardige mensen/situaties/problemen als degene die wordt beschreven, wie is al eens op de plaats van het verhaal geweest, enz.
- Onderbreek het verhaal op beslissende momenten en vraag de lerenden naar de mogelijke opties, de mogelijke gevolgen of hoe ze zouden beslissen/wat ze zouden doen
- Laat het einde van het verhaal open (voor het moment) en laat de deelnemers vertellen - in tweetallen, als groep ...